Page 21 - Schoolreglement 2023-2024
P. 21
3.1.2 Je moet naar een begrafenis of huwelijk
Je mag steeds afwezig zijn voor de begrafenis of huwelijksplechtigheid van een familielid of van iemand die bij jou
thuis inwoonde. Je bezorgt ons dan vooraf een verklaring van je ouders, een overlijdensbericht of een
huwelijksaankondiging.
3.1.3 Je bent (top)sporter
Als je een topsportstatuut hebt (A of B), kun je maximaal 40 halve lesdagen afwezig blijven om deel te nemen aan
stages, tornooien en wedstrijden. Je mag niet afwezig zijn voor wekelijkse trainingen.
Als je een topsportstatuut F hebt, en je zit in de eerste graad, kun je maximaal 90 halve lesdagen afwezig blijven
om deel te nemen aan stages, tornooien en wedstrijden. In de tweede en derde graad, kun je daarvoor maximaal
130 halve lesdagen afwezig blijven. Je mag niet afwezig zijn voor wekelijkse trainingen.
3.1.4 Je hebt een topkunstenstatuut
Als je een topkunstenstatuut hebt (A of B) kan de selectiecommissie je het recht geven om een aantal halve
lesdagen afwezig te zijn zodat je kunt deelnemen aan wedstrijden, stages of andere activiteiten die aansluiten bij
je discipline.
3.1.5 Je bent zwanger
Als je zwanger bent, heb je recht op moederschapsverlof, dat is maximaal één week gewettigde afwezigheid vóór
de vermoedelijke bevallingsdatum en maximaal negen weken na de bevalling. De schoolvakanties schorten dit
verlof niet op. Tijdens die afwezigheid kom je in aanmerking voor tijdelijk onderwijs aan huis en synchroon
internetonderwijs.
3.1.6 Je bent afwezig om één van de volgende redenen
• Je moet voor een rechtbank verschijnen.
• De school is door overmacht niet bereikbaar of toegankelijk.
• Bij een maatregel die kadert in de bijzondere jeugdzorg of de jeugdbescherming.
• Op dagen waarop je proeven aflegt voor de examencommissie van de Vlaamse Gemeenschap.
• Je bent preventief geschorst.
• Je bent tijdelijk of definitief uitgesloten.
• Je neemt als lid van de raad van bestuur of van de algemene vergadering deel aan activiteiten van de Vlaamse
Scholierenkoepel.
• Om een feestdag te vieren die hoort bij je geloof. Je ouders moeten dat wel vooraf schriftelijk melden. Het
gaat om de volgende feestdagen die eigen zijn aan de door de grondwet erkende religies:
o Islam: het Suikerfeest (1 dag) en het Offerfeest (1 dag)
o Jodendom: het Joods Nieuwjaar (2 dagen), de Grote Verzoendag (1 dag), het Loofhuttenfeest (2 dagen)
en het Slotfeest (2 laatste dagen), de Kleine Verzoendag (1 dag), het Feest van Esther (1 dag), het
Paasfeest (4 dagen) en het Wekenfeest (2 dagen)
o Orthodoxe Kerk (enkel voor de jaren waarin het orthodox Paasfeest niet samenvalt met het katholieke
feest): Paasmaandag, Hemelvaart (1 dag) en Pinksteren (1 dag)
S i n t - P a u l u s s c h o o l C a m p u s V T I | S c h o o l r e g l e m e n t 2 3 - 2 4 | 20